E-trucks vanuit de Rotterdamse haven - Roadmap voor elektrisch containervervoer vanuit de haven - Havenbedrijf Rotterdam
←
→
Transcription du contenu de la page
Si votre navigateur ne rend pas la page correctement, lisez s'il vous plaît le contenu de la page ci-dessous
E-trucks vanuit de Rotterdamse haven Roadmap voor elektrisch containervervoer vanuit de haven September 2019
e-Trucks in Rotterdamse haven Opdrachtgever Havenbedrijf Rotterdam Wilhelminakade 909 3072 AP Rotterdam Opdrachtnemers EVConsult Pilotenstraat 18D 1059 CJ Amsterdam ZEnMo Schelfhout 16 2526XP Den Haag Auteurs: Ruud van Sloten Auke Hoekstra Dreas de Kerf Peter Hoogeveen Michiel Aldenkamp September 2019 e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven
Samenvatting Wegvervoer is een belangrijke manier van containertransport, maar is tegelijkertijd verantwoordelijk voor de uitstoot van veel CO2. Om de ambities op het gebied van duurzaamheid te realiseren en de concurrentiepositie van de haven te versterken zet Havenbedrijf Rotterdam in op de verduurzaming van vrachtverkeer. Eén van de meest radicale ingrepen is het overschakelen naar elektrische vrachtwagens, waarmee de tank-to-wheel CO2-emissies van een grote binnenlandse bron van broeikasgassen vanuit de haven van Rotterdam naar nul kunnen worden gereduceerd. Tevens biedt elektrificatie de potentie om via duurzame opwek ook de totale emissies (well-t0-wheel) van vrachtverkeer sterk te reduceren. Momenteel zijn er nog geen elektrische vrachtwagens beschikbaar die geschikt zijn voor zwaar containervervoer, maar door ontwikkelingen op het gebied van kosten en capaciteit van batterijen en aandrijflijnen is hier verandering in aan het komen. Reden voor het Havenbedrijf om beter inzicht te krijgen in de mogelijkheden voor e-trucks in de Rotterdamse haven. Hiertoe heeft EVConsult samen met de TU Eindhoven en ZenMo onderzoek gedaan naar de huidige en toekomstige mogelijkheden voor elektrisch containervervoer over de weg in en vanuit de haven. Het onderzoek is gebaseerd op daadwerkelijke ritten van transporteurs, waarbij duidelijke verschillen tussen meer regionale en nationale transporteurs naar voren kwamen (zie Figuur 1). Top 15 locaties Clusters van grootste klanten 43.2% 92.9% 90.2% 15.0% 2 3 Neuss Figuur 1. Clusters bestemmingen van een regionale transporteur (links) en een nationale transporteur (rechts) Voor transporteurs is een overstap naar elektrische trucks alleen interessant wanneer de trucks: 1. Voldoende bereik hebben voor de dagelijkse operatie; 2. Voldoende lading kunnen vervoeren; 3. Voordeliger zijn dan diesel trucks. In het onderzoek is daarom rekening gehouden met de beschikbaarheid en ontwikkeling van de technologie voor het bereik en gewicht van de e-trucks en met de kostenontwikkeling hiervan. Drie varianten voor de introductie van e-trucks zijn geanalyseerd: - Overnight charging: de vrachtwagens worden enkel ’s nachts geladen en rijden overdag hun ritten zonder tussentijds laden, vergelijkbaar met de huidige operatie van diesel trucks. - Opportunity charging: de vrachtwagens laden ’s nachts vol en rijden overdag hun ritten, waarbij ze op specifieke locaties (bijv. rustplaatsen of overslaglocaties) in korte tijd bijladen. - Waterstof-elektrisch: een waterstof-elektrische truck tankt waterstof (op vergelijkbare wijze als diesel) om de dagelijkse ritten te kunnen rijden. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 3
Ook andere varianten zijn denkbaar, zoals laden via inductie, batterij wisselen en laden met pantograaf. Vanuit de beperkte beschikbaarheid en toepassing van deze technologieën in de praktijk en (mede) daardoor relatief hoge kosten zijn deze varianten in de analyse niet meegenomen. De financiële aantrekkelijkheid van e-trucks in vergelijking met diesel trucks is onderzocht door een analyse van de totale kosten gedurende gebruik, zoals afschrijving, onderhoud en brandstofkosten. In Figuur 2 is de ontwikkeling van deze Total Cost of Ownership (TCO) voor een batterij-elektrische truck (BEV-truck) met een effectief bereik van 400 kilometer vergeleken met een waterstof- elektrische truck en een diesel truck. Om dit effectieve bereik dagelijks te garanderen is rekening gehouden met een marge van 30% accucapaciteit ter compensatie van batterijdegradatie, weersomstandigheden en onverwachte situaties. De huidige en verwachte ontwikkelingen tot en met 2030 zijn meegenomen in de vooruitzichten. Die laten zien dat, bij aanschaf in 2024, de BEV-truck goedkoper kan zijn over de gehele levensduur dan een diesel truck. Dat is het geval wanneer de elektrische truck optimaal wordt ingezet, zodat dagelijks het effectieve bereik van de truck (4ookm in dit voorbeeld) wordt benut. De waterstof-elektrische truck zal naar verwachting voor 2030 niet goedkoper worden dan de diesel variant. Hierbij is uitgegaan van ‘blauwe waterstof’1, omdat op basis van prijsontwikkelingen blijkt dat ‘groene waterstof’ tot en met 2030 naar alle waarschijnlijkheid duurder zal blijven dan blauwe waterstof. € 1.200 BET Duizenden € 1.000 FCET € 800 Diesel € 600 € 400 € 200 €0 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 Figuur 2. TCO-ontwikkelingen van de batterij elektrische truck (BET) met 400km bereik, brandstofcel elektrische truck (FCET) en diesel variant vrachtwagens van 2018 tot 2030. Noot: de BET en FCET worden anno 2018 nog niet grootschalig geproduceerd. Afhankelijkheden Een break-even in TCO betekent niet automatisch een overstap naar EV. Een truck wordt pas vervangen aan het einde van zijn economische levensduur, dus zal de vervangingscyclus van diesel trucks door BEV-trucks (zonder financiële ondersteuning) op zijn vroegst op het moment van een break-even TCO beginnen. De belangrijkste factoren die de transitie naar elektrisch vrachtvervoer kunnen vertragen zijn de volgende: 1 ‘Steam reforming’ van aardgas waarbij de CO2 wordt afgevangen en opgeslagen. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 4
• Beschikbaarheid van geschikte modellen vanuit de industrie Momenteel zijn er nog weinig fabrikanten die commercieel BEV-trucks produceren met een laadvermogen geschikt voor containertransport (DAF heeft een BEV-truck op de prijslijst sinds juni 2019 en Tesla ontwikkelt een BEV-truck). De huidige elektrische trucks rijden nog rond in pilotprojecten en hebben een beperkt bereik (tot ca. 150km) vanwege de batterijgrootte. De industrie zal dus nog grote stappen moeten maken, voordat op grote schaal BEV-trucks worden geproduceerd. • Realisatie en inpassing van energie- en laadinfrastructuur Om de transitie mogelijk te maken is energie- en laadinfrastructuur nodig die dit ondersteund, maar deze infrastructuur van elektriciteitskabels is geheel nieuw voor de transportsector. Zo is het de vraag waar de laadinfrastructuur het beste gerealiseerd kan worden. Een vaste standplaats waar ’s nachts geladen kan worden is wenselijk, bij voorkeur op het depot van de vervoerder. Snellaadlocaties bij terminals waar containers worden opgehaald en ingeleverd of truck parkings waar chauffeurs vaak pauzeren kunnen de transitie naar batterij elektrisch vervoer versnellen. De energievraag op de beoogde laadlocaties is daarbij soms dermate groot, dat het huidige elektriciteitsnet daar niet direct geschikt voor is. Uit de praktijk met elektrische bussen blijkt dat dit haalbaar is, maar dat een gedegen analyse en voorbereiding is vereist om een betrouwbare operationele inzet te garanderen en kosten en doorlooptijden te optimaliseren. • Sociale en psychologische factoren De transitie naar e-trucks brengt veranderingen teweeg in processen en systemen van transporteurs, zoals voor de functies van planners. Zo moet er rekening gehouden worden met het bereik van een truck bij het inplannen van een transport om optimaal gebruik te maken van de e-truck. Verandering wordt daarom vaak pas aangegaan op het moment dat de noodzaak voor verandering hoog is en niet op het eerste moment dat verandering mogelijk is. Conclusies 1. Momenteel zijn er nog geen e-trucks op de markt die voldoen aan de technische en financiële eisen van vervoerders voor zwaar containervervoer over de weg. Anno 2019 rijden er 12 elektrische trekkers voor oplegger in Nederland, tegenover meer dan 80.000 op fossiele brandstoffen. Dit enorme verschil in schaal betekent ook dat de servicenetwerken en productievoordelen voor elektrische trucks ver achter liggen op de bestaande technologieën. 2. Batterij-elektrische trucks worden naar verwachting financieel aantrekkelijk binnen 4 tot 12 jaar, afhankelijk van batterijgrootte en optimale inzet. De analyse van de financiële haalbaarheid van e-trucks toont aan dat binnen 4 tot 12 jaar batterij elektrische vrachtwagens voordeliger worden dan de diesel variant op basis van de verwachtte financiële en technologische ontwikkelingen. Redenen hiervoor zijn de lage operationele kosten voor e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 5
batterij elektrisch rijden, de prijsdaling en toename van accucapaciteit. Om elektrisch vrachtvervoer voor die tijd economisch rendabel te maken is financiële stimulering noodzakelijk. Naar verwachting zal binnen 4 jaar de TCO van een BEV-truck met kleiner bereik van 100 kilometer bij optimale inzet voordeliger worden dan diesel trucks en binnen 12 jaar ook BEV-trucks met een groter bereik van 900 kilometer. Vanaf dat moment is de aanschaf van een e-truck financieel aantrekkelijk. Kanttekening is dat afhankelijkheden als beschikbaarheid van geschikte modellen en laadinfrastructuur deze cyclus kunnen vertragen. 3. Batterij elektrische vrachtwagens met kleine batterijcapaciteit worden eerder rendabel, maar op lange termijn worden e-trucks met groter bereik voordeliger. In eerste instantie zullen voornamelijk batterij elektrische trucks met klein bereik snel voordelig worden vanwege de potentie tot optimale inzet en hoge kosten voor (grotere) accupakketten. Door de prijsdaling van de accupakketten zullen op termijn (binnen 8 tot 12 jaar) e-trucks met groter bereik voordeliger worden. Deze kunnen namelijk meer kilometers op een dag maken en daardoor het operationele kostenvoordeel van elektriciteit tegenover diesel beter benutten. 4. De optimale inzet van e-trucks is afhankelijk van een meer regionale of nationale oriëntatie van een vervoerder. Afstemming van het type e-truck qua bereik op deze vervoerskarakteristieken is bepalend voor het terugverdienmoment. Het rijden met e-trucks met een kleine batterij en het toepassen van opportunity charging is met name interessant voor regionale transporteurs, wanneer die in de operatie na elke rit genoeg bij kunnen laden voor de volgende rit. Voor meer nationaal geörienteerde vervoerders is het vrijwel altijd voordelig om de batterij elektrische vrachtwagen met het grootste bereik aan te schaffen en optimaal in te zetten. Voor regionale vervoerders is het van belang om een balans te vinden tussen trucks met meer en minder bereik zodat de voertuigen optimaal en betrouwbaar kunnen worden ingezet. Aanbevelingen De aanbevelingen die voortkomen uit dit rapport zijn gericht op allereerst het HbR en daarnaast TLN. Het HbR heeft de ambitie van een low-emissie haven met een milieubewuste insteek en kan een proeftuin bieden en samenwerking stimuleren op het gebied van innovatie en verduurzaming van het transport in het havengebied van Rotterdam. TLN speelt als branchevereniging van transporteurs en logistiek dienstverleners binnen Nederland een belangrijke rol als katalysator in de transitie. 1. HbR & TLN: Start een pilotproject samen met transporteurs om de aannames zoals geschetst in dit rapport voor de BEV-trucks de komende jaren in de praktijk te toetsen. 2. HbR: Zet nu al in op elektrificatie van lichter vrachtvervoer binnen het havengebied; 3. HbR: Onderzoek de mogelijkheid om met snellaadinfrastructuur op strategische plaatsen de transitie naar elektrisch regionaal containervervoer te versnellen; 4. TLN: Licht transporteurs in over de mogelijkheden van elektrisch vrachtvervoer en het verloop van de transitie. 5. HbR & TLN: Faciliteer de uitrol van laadinfrastructuur voor BEV trucks door onderzoek naar de mogelijkheden en barrières en door samenwerking met stakeholders zoals gemeenten en netbeheerders. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 6
Op basis van het onderzoek, de conclusies en aanbevelingen is een roadmap opgesteld met het transitiepad naar elektrisch containervervoer en bijbehorende handelingsmogelijkheden voor Havenbedrijf Rotterdam en TLN. Deze roadmap is weergegeven in Figuur 3. Daarnaast wordt voorgesteld om als vervolg op dit onderzoek de mogelijkheden en voorwaarden voor elektrisch containervervoer op de belangrijke goederencorridors vanuit Rotterdam te verkennen, waarbij niet enkel containervervoer per truck maar ook per spoor en binnenvaart wordt meegenomen. Dit past in de nationale ‘goederencorridor aanpak’ en kan in samenwerking met partners als het Ministerie van IenW, Rijkswaterstaat en provincies. Batterij elektrische Batterij elektrische Waterstof truck truck met beperkt truck met medium voor het eerst Ontwikkelingen bereik (100km) voor bereik (300km) voor goedkoper over vrachtwagens het eerst goedkoper het eerst goedkoper levensduur dan over levensduur bij over levensduur bij diesel variant, optimale inzet dan optimale inzet dan batterij-elektrisch diesel variant. diesel variant. blijft voordeliger Voor regionale Voor nationale Voor alle typen Introductie batterij vervoerders vervoerders vervoerders elektrische economisch economisch economisch Ontwikkelingen vrachtwagen voordelig om deel voordelig om bij voordelig om vrachtvervoer modellen met van vloot te vervanging van overgrote deel van beperkt bereik vervangen door vloot te kiezen voor vloot te vervangen BEV-trucks BEV-trucks door BEV-trucks 2020 2025 2030 TIJDLIJN Verstrekken van Aanleg snellaad- Transitie subsidies of infrastructuur op Aanleg van versnellende vrijstelling van strategische waterstof handelings- heffingen voor zero plekken als tankstations op mogelijkheden emissie containerterminals centrale locaties vrachtwagens en rustplaatsen Start proef met Aanleg snellaad- lichter vervoer infrastructuur op Faciliteren aanleg Handelings- binnen havengebied strategische energie- en mogelijkheden om techniek, plekken als laadinfrastructuur Havenbedrijf operatie en business containerterminals t.b.v. BEV-trucks op case te testen en en rustplaatsen depots en terminals Rotterdam evalueren (Maasvlakte Plaza) Bemiddelen Inlichten van leden Inlichten en Inlichten van leden gepaste privileges Handelings- over mogelijkheden faciliteren van leden over mogelijkheden en financiële BEV-trucks en over mogelijkheden FCEV-trucks en mogelijkheden voordelen voor toepassingen op BEV-trucks en toepassingen in TLN e-trucks; inlichten lichter realisatie van lange afstands- van leden over vrachtvervoer laadinfrastructuur containertransport opkomst e-trucks Figuur 3. Roadmap voor de transitie naar elektrisch containervervoer over de weg en handelingsmogelijkheden om de transitie te versnellen. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 7
Inhoudsopgave SAMENVATTING ............................................................................................................................... 3 LIJST VAN AFKORTINGEN ................................................................................................................. 9 1. INLEIDING ................................................................................................................................... 10 1.1 AANLEIDING ............................................................................................................................................. 10 1.2 DOEL EN SCOPE ........................................................................................................................................ 11 1.3 OPBOUW RAPPORT ................................................................................................................................... 12 2. AANPAK...................................................................................................................................... 13 3. HUIDIGE SITUATIE CONTAINERVERVOER .................................................................................... 17 3.1 SELECTIE VAN TRANSPORTEURS .................................................................................................................. 17 3.2 KENMERKEN HUIDIG CONTAINERVERVOER.....................................................................................................18 3.3 EISEN EN WENSEN VAN VERVOERDERS MET BETREKKING TOT E-TRUCKS .............................................................23 4. SPECIFICATIE VAN DE ANALYSES ................................................................................................ 25 4.1 AANNAMES..............................................................................................................................................25 4.2 VARIANTEN ............................................................................................................................................ 28 4.3 ANALYSES ...............................................................................................................................................30 5. ROADMAP NAAR ELEKTRISCH CONTAINERVERVOER .................................................................. 32 5.1 RESULTATEN OPERATIONELE HAALBAARHEID ................................................................................................32 5.2 FINANCIËLE HAALBAARHEID........................................................................................................................34 5.3 MOGELIJKE INZET VAN E-TRUCKS IN DE TIJD ...................................................................................................38 5.4 INPASSING ENERGIE- EN LAADINFRASTRUCTUUR ........................................................................................... 40 5.5 GEVOELIGHEIDSANALYSE ...........................................................................................................................43 6. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN .............................................................................................. 46 6.1 CONCLUSIES ........................................................................................................................................... 46 6.2 AANBEVELINGEN ..................................................................................................................................... 48 BIJLAGEN ....................................................................................................................................... 51 BIJLAGE 1. CAPACITEIT VOOR BATTERIJ OP BASIS VAN GEWICHT MONITORING ...........................................................52 BIJLAGE 2. AANNAMES TCO............................................................................................................................ 55 BIJLAGE 3. ONTWIKKELINGEN ......................................................................................................................... 56 BIJLAGE 4. TCO INCLUSIEF KOSTEN VAN KAPITAAL EN BELASTINGEN ..................................................................... 60 BIJLAGE 5. GEVOELIGHEIDSANALYSE .................................................................................................................63 e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 8
Lijst van afkortingen Afkorting Toelichting BEV Battery Electric Vehicle. CAO Collectieve arbeidsovereenkomst. CAPEX Capital expenditures. Eenmalige investeringen, zoals aanschaf. EIA Energie-investeringsaftrek. FCEV Fuel Cell Electric Vehicle. Brandstofcel elektrisch voertuig, rijdend op waterstof. GIS Geografisch Informatie Systeem. GVW Gross Vehicle Weight. Het maximum bruto voertuiggewicht, dat wil zeggen de som van de massa van het lege voertuig en het maximum toegestaan laadvermogen. LNG Liquified Natural Gas (Vloeibaar gemaakt aardgas, brandstof met minder uitstoot van CO2 en fijnstof dan diesel). MIA Milieu-investeringsaftrek. MRB Motorrijtuigenbelasting. O&M Operations and Maintenance (Onderhoud en reparatie). OPEX Operating expenditures. Operationele uitgaven, zoals brandstof. TKM Tonkilometer. Het equivalent van het vervoer van één ton goederen over één kilometer. TTW Tank-to-wheel. Bij voertuigen doelt dit op de uitstoot die vrijkomt bij het verbrandingsproces in de motor LZV Lang Zwaar Voertuig. Vrachtwagen die een groter totaalgewicht mag hebben (60 ton in plaats van 50 ton) en langer mag zijn. De normale maximale lengte is 18,75 meter (EU-richtlijn), maar een LZV mag 25,25 meter lang zijn. TCO Total Cost of Ownership. Hierin worden alle kosten opgenomen voor het in gebruik nemen of bezitten van een product of dienst. TLN Transport Logistiek Nederland. VAMIL Willekeurige afschrijving milieu-investeringen. W Watt. Meetkundige eenheid voor vermogen. Wh (kWh) Wattuur. Eenheid van elektrische energie. (Kilowattuur; 1.000 Wh). WTW De Well-to-Wheel benadering wordt gebruikt om aan te geven dat CO2-emissies niet alleen vrijkomen bij het verbrandingsproces in het voertuig (wheel) maar dat vanaf de bron (well) en over de gehele keten op meerdere momenten CO2 vrijkomt. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 9
1. Inleiding 1.1 Aanleiding De containeroverslag speelt een belangrijke rol in de haven van Rotterdam en dit zal naar verwachting de komende jaren verder toenemen. Redenen hiervoor zijn – naast economische groei – ladingverschuiving (keuze voor container i.p.v. bulk), port shift (keuze voor Rotterdam i.p.v. een andere haven) en uitbreiding van activiteiten in het havengebied Maasvlakte II2. Transport over weg is in volume verantwoordelijk voor minder dan 20% van het achterland transport vanuit de Rotterdamse haven, maar het draagt voor meer dan 40% bij aan de CO2-uitstoot3. In containervervoer wordt zelfs 47% vervoerd over de weg4, waarmee het wegvervoer een nog groter aandeel heeft in de uitstoot van containervervoer naar het achterland. Groei in containeroverslag zal een verdere toename van vervoer van containers over de weg tot gevolg hebben. Deze ontwikkeling resulteert dan ook in extra druk op de duurzaamheidsdoelstelling van Havenbedrijf Rotterdam (HbR) om in 2050 CO2-neutraal te zijn. De groeiontwikkelingen en kernambities van Havenbedrijf Rotterdam vragen om passende logistieke oplossingen om het containertransport in het havengebied te optimaliseren vanuit efficiency en duurzaamheid. Modal shift maatregelen en aanvullende maatregelen ter verhoging van de efficiency dragen bij aan de havenambities, maar zijn vooral gericht om de groei van het containervervoer over de weg in absolute aantallen niet (te veel) te laten groeien. Het slim organiseren en verduurzamen van containervervoer over de weg is daarom één van de speerpunten voor het realiseren van de kernambities van Havenbedrijf Rotterdam: 1. Een duurzame haven; 2. Een optimaal bereikbare haven; 3. Verbeteren concurrentiepositie van de haven. Om de ambities op het gebied van duurzaamheid te realiseren en de concurrentiepositie van de haven te verbeteren zijn maatregelen gericht op het vrachtverkeer gewenst. In lijn met de duurzaamheidsdoelstelling lopen zeven ontwikkelprogramma’s waarin onder andere onderzoek gedaan wordt naar alternatieve brandstoffen. Een van de meest radicale ingrepen is het overschakelen naar elektrische vrachtwagens, waarmee één van de binnenlandse bronnen van broeikasgassen vanuit de haven van Rotterdam naar nul kan worden gereduceerd (indien groene stroom wordt gebruikt). De huidige Euro VI trucks stoten al significant minder schadelijke stoffen zoals fijnstof en stikstof uit in vergelijking met voorgaande technologieën. Elektrificatie van trucks zou deze uitstoot nog verder kunnen reduceren5 (zie Figuur 4) alsook de geluidshinder ten gevolge van vrachtverkeer verder kunnen verminderen. 2 Port of Rotterdam (2018, 15 februari). Containeroverslag motor achter groei Rotterdamse haven [Persbericht]. Geraadpleegd van https://www.portofrotterdam.com/nl/nieuws-en-persberichten/containeroverslag-motor-achter-groei-rotterdamse-haven 3 Wuppertal Institut, (2018). Deep Decarbonisation Pathways for Transport and Logistics Related to the Port of Rotterdam. Volume (Gtkm): Truck: 13,7; trein: 15,6, barge: 39,8. Emissies (Mt CO2): Truck: 0,9; trein: 0,3; barge; 1,0. 4 Port of Rotterdam Authority (2018). The Sustainable Port. 5 CE Delft (2014). Externe en infrastructuurkosten van verkeer. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 10
Relatieve uitstoot van brandstoffen 100 90 80 70 60 CO2 50 Nox 40 PM 30 20 10 0 Euro V Euro VI Elektrisch (grijs) Elektrisch (groen) Figuur 4: Relatieve uitstoot van CO2, NOx en PM tussen Euro V, Euro VI, BEV met ‘grijze’ stroom en BEV met ‘groene’ stroom (Euro V = 100%). Bron: EVConsult o.b.v. CE Delft en Natuur & Milieu. Daarnaast is een elektrische vrachtwagen gedurende de operatie goedkoper dan een vrachtwagen op diesel. Mede door de hogere efficiëntie van een elektromotor kost rijden op elektriciteit omgerekend per kilometer minder dan diesel. Ook wordt er minder onderhoud verwacht, doordat een elektromotor minder bewegende onderdelen heeft in vergelijking met een verbrandingsmotor. Momenteel zijn er nog geen elektrische vrachtwagens voor containervervoer beschikbaar, maar door ontwikkelingen op het gebied van kosten en capaciteit van batterijen en aandrijflijnen is hier verandering in aan het komen6. De verwachting is daarom dat de elektrische vrachtwagen op termijn voor vele afstanden de optimale modaliteit zal zijn. Reden voor het Havenbedrijf om beter inzicht te krijgen in de mogelijkheden voor e-trucks in de Rotterdamse haven. 1.2 Doel en scope Het doel van dit onderzoek is tweeledig: 1. De verwachte groei van e-trucks vanuit de haven inzichtelijk maken op basis van daadwerkelijke ritten. 2. Handelingsperspectief voor Havenbedrijf Rotterdam en andere stakeholders creëren om de transitie naar elektrisch containervervoer over de weg te versnellen. Het eerste doel is om het transitiepad naar elektrisch containervervoer te schetsen. Door de vervoersstromen en eisen van transporteurs die actief zijn in het havengebied in kaart te brengen ontstaat een duidelijk beeld van waar vrachtvervoer aan moet voldoen. Dit wordt naast de huidige stand van zaken en ontwikkelingen die zich nu afspelen op het gebied van laadinfrastructuur en materieel gelegd. Deze groei en ontwikkelingen worden doorgetrokken tot 2030. Hiermee kan vervolgens bepaald worden welke ritten op welk moment geëlektrificeerd kunnen worden en welk materieel daarvoor nodig zal zijn. 6 Clevenger, S. (2018, 11 januari). Electric trucks show rapid development [Persbericht]. Geraadpleegd van https://www.ttnews.com/articles/electric-trucks-show-rapid-development e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 11
Het tweede doel is te komen tot concrete vervolgstappen om op korte termijn trajecten of ritten te elektrificeren. Potentiele handelingsmogelijkheden zullen uiteengezet worden en aangegeven worden wat de impact en noodzaak is. Dit onderzoek richt zich op de verduurzaming van containers die per vrachtwagen vervoerd worden vanuit het Havengebied Rotterdam, zoals weergegeven in Figuur 5. Daarin zal enkel de transitie naar elektrisch containervervoer onderzocht worden, zij het waterstof elektrisch dan wel batterij elektrisch. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat de huidige vervoersstromen niet ingrijpend zullen veranderen en worden ontwikkelingen tot 2030 in kaart gebracht. Uitstoot-reducerende maatregelen ten gunste van modal shifts of efficiëntere transportketen vallen buiten de scope van dit onderzoek. MODAL SHIFT SCOPE UITSTOOT REDUCTIE DUURZAAM CONTAINER VERVOER Figuur 5. Mogelijkheden tot verduurzaming achterlandtransport en scope van dit onderzoek. 1.3 Opbouw rapport Het vervolg van dit rapport is als volgt opgebouwd: • Hoofdstuk 2: Gedetailleerde beschrijving van de stappen die doorlopen zijn voor de aanpak van dit onderzoek. • Hoofdstuk 3: Schets van de huidige situatie van containervervoer over de weg inclusief eisen en wensen van vervoerders ten aanzien van elektrificatie. • Hoofdstuk 4: Specificatie van de varianten die geanalyseerd worden. In dit hoofdstuk worden ook de aannames toegelicht en de validatie van de verkregen gegevens. • Hoofdstuk 5: Resultaten van de analyse. In dit hoofdstuk worden de operationele en financiële haalbaarheid van e-trucks gepresenteerd en ingroeimogelijkheden van e-trucks in vloten van verschillende typen vervoerders besproken. • Hoofdstuk 6: In dit hoofdstuk worden de conclusies en aanbevelingen gepresenteerd. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 12
2. Aanpak In dit hoofdstuk wordt de aanpak van het onderzoek uiteengezet. De aanpak bestaat uit vier inhoudelijke stappen, zoals schematisch weergegeven in Figuur 6: 1. Modelleren van de huidige situatie van het containervervoer vanuit de haven; 2. Analyse van de huidige situatie en eerste beeld van mogelijke transitie naar elektrisch vervoer; 3. Specificatie, modelleren en evalueren van varianten van elektrische trucks en infrastructuur 4. Conclusies, rapportage en vervolgstappen voor transitie naar elektrisch containervervoer. Stappen 3. Specificatie, 4. Conclusies, 1. Modelleren huidige 2. Analyse huidige modelleren en evaluatie rapportage en situatie situatie t.b.v. transitie varianten elektrisch vervolgstappen containervervoer HIC naar elektrisch vervoer containervervoer HIC Resultaat Een realistische kopie van Beeld van welke ritten Concreet beeld voor Overzichtelijke rapportage, containervervoer in het HIC wanneer economisch selectie van varianten beschikbaarheid van model in een simulatiemodel om rendabel elektrisch kunnen welke ritten in welk jaar en afspraken met virtueel te experimenteren worden gereden met welke met welk soort stakeholders over next met elektrisch vervoer laadinfrastructuur laadinfrastructuur steps t.b.v. elektrische elektrisch kunnen worden vrachtwagens op de weg Proces Stuurgroep Stuurgroep met HbRvoor HbR & TLN voorsturing, sturing input, vanuitfeedback opdrachtgever en vervolgstappen Klankbordgroep met o.a. TLN voor input, feedback en vervolgstappen Betrokkenheid transporteurs, verlader en inland terminal voor input, verificatie en vervolgstappen Betrokkenheid transporteurs voor input, verificatie en vervolgstappen Figuur 6. Schematische weergave van aanpak voor onderzoek naar elektrificatie van containervervoer over de weg. De aanpak per stap is hieronder in detail uitgewerkt. Stap 1. In kaart brengen huidige situatie In eerste instantie zijn de vervoersstromen in en vanuit het havengebied in kaart gebracht, alsmede de eisen die vervoerders en importeurs stellen aan containertransport. Daartoe is gesproken met vijf grote transporteurs, een verlader en een importeur. De vervoerders tezamen zijn verantwoordelijk voor een groot deel van het wegtransport in en vanuit de haven van Rotterdam. De interviews en data vanuit de verlader en importeur zijn gebruikt om een completer inzicht te krijgen in de vervoersstromen en ter verificatie van de door transporteurs geleverde data. Bij alle transporteurs, de verlader en importeur zijn data opgevraagd betreffende ritten van vervoerde containers. Van de geïnterviewde partijen waren er vier partijen, waaronder drie transporteurs, in staat om data aan te leveren over vervoerde containers en locaties. Deze gegevens zijn geanalyseerd om kenmerken van het huidige containervervoer in kaart te brengen qua lading, gewichten, rustmomenten en kosten van de huidige vloot. Bij twee vervoerders konden deze data gekoppeld worden aan individuele trucks. Deze ritgegevens zijn geanalyseerd om de afstanden te bepalen die vrachtwagens op dagelijkse basis rijden en dient als input voor het simulatiemodel waarin de ritten gesimuleerd worden zoals ze in de praktijk hebben plaatsgevonden. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 13
Bijkomstig zijn middels de interviews de eisen en wensen van transporteurs en verladers ten aanzien van hun transport en de mogelijke transitie naar elektrisch vervoer in kaart gebracht. Resultaat van deze stap is een simulatiemodel dat de ritten van vervoerders nabootst. Bovendien bestaat na deze stap inzicht in de eisen en wensen die vervoerders en importeurs/verladers stellen aan (elektrisch) containertransport. Stap 2. Analyse huidige situatie Nadat in stap 1 een ‘digital twin’ van het containervervoer over de weg vanuit de haven van een aantal grote transporteurs is opgesteld, zijn belangrijkste bestemmingen, ritlengten en dagafstanden in kaart gebracht. Op basis hiervan zijn de verschillen en overeenkomsten tussen de transporteurs inzichtelijk geworden. Ook kan middels deze analyse een eerste inschatting worden gemaakt van de mogelijkheden voor elektrisch containervervoer over de weg. Door het simuleren van het huidige containervervoer zijn ritkarakteristieken in beeld gebracht. - Aantal kilometers per dag/jaar; - Ritafstanden (afstanden tussen locaties waar vrachtwagens stil staan); - Aantal vervoerde volle/lege containers per rit. Resultaten van stap 2 zijn inzichten in ritlengten, dagafstanden en vervoerde lading voor transporteurs en daarmee inzichten in het benodigde materieel voor elektrificatie van vrachtvervoer over de weg. Stap 3. Specificatie, modelleren en evaluatie van varianten Op basis van de verkregen inzichten in gereden afstanden alsmede de eisen en wensen van transporteurs, zijn relevante varianten gedefinieerd. Deze varianten zullen worden gemodelleerd om vervolgens de potentie tot elektrificatie van vrachtvervoer over de weg te evalueren. Specificatie varianten Op basis van kosten en beschikbaarheid van technologie zijn drie relevante varianten geselecteerd voor de analyse van potentie tot elektrificatie. - Overnight charging: de vrachtwagens worden enkel ’s nachts geladen op een depot en rijden overdag hun ritten zonder tussentijds laden. Hiervoor zijn relatief grote accupakketten nodig, maar geen krachtige laders om in korte tijd op te laden. - Opportunity charging: de vrachtwagens laden ’s nachts vol en rijden overdag hun ritten, waarbij ze op specifieke locaties (bijv. truck parkings of overslaglocaties) in korte tijd bijladen. De accupakketten zijn hierdoor kleiner dan bij enkel overnight charging, maar er zijn wel krachtige laders nodig om tussentijds bij te laden. - Waterstof: een alternatief voor batterij-elektrisch vervoer is waterstof elektrisch vervoer. In dit geval worden geen laadlocaties gemodelleerd, maar waterstoftanklocaties. Ook worden voor de vrachtwagens de specifieke kostenaspecten van waterstofauto’s meegenomen in het model. In essentie lijkt dit verder op bestaande operatie en zal het geen effect hebben op de planning van de vrachtwagens, aangezien het bereik groot genoeg is voor dagelijkse operatie. Wel is er een groter efficiëntieverlies bij waterstof en is er hoge druk nodig om waterstof op te slaan. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 14
Ook andere varianten zijn denkbaar, zoals laden via inductie, batterijwisseling en laden met pantograaf. Vanuit de beperkte beschikbaarheid en toepassing van deze technologieën in de praktijk, operationele complexiteit en (mede) daardoor relatief hoge kosten zijn deze varianten in de analyse niet meegenomen. Modelleren varianten De geselecteerde en gespecificeerde varianten om te analyseren zijn vervolgens gemodelleerd. Hierbij zijn voor het deel van de vloten, vrachtwagens en ritten dat is geselecteerd de gekozen varianten van elektrisch vervoer in het model geladen. Hierbij gelden de randvoorwaarden dat de ritten uitgevoerd kunnen worden conform de eisen en wensen van de transporteurs. Daarvoor moet met een groot aantal factoren rekening worden gehouden, zoals: - Inzet van materiaal gedurende de dag/ week/ maand/ jaar; - Lengte en variatie in rit afstanden; - Rust-, laad- en losmomenten en -locaties; Bovendien beïnvloeden deze factoren elkaar zodat ze niet apart gesimuleerd kunnen worden. Om deze reden is simulatie op basis van ‘agents’ en GIS- informatie het meest geschikt om de kansen voor elektrisch vrachtvervoer in de tijd realistisch in te schatten. Evaluatie varianten Tot slot zullen in deze stap de verschillende varianten worden geëvalueerd door het model te ‘runnen’ en voor de verschillende varianten alsook de nulvariant op basis van diesel trucks de volgende indicatoren te berekenen: - ‘Total cost of ownership’ (totale kosten gedurende het bezit van de truck) inclusief laadinfrastructuur; - CO2-reductie. In deze stap zijn tevens gevoeligheidsanalyses uitgevoerd om de impact hiervan op de ‘break even points’ in de tijd te bepalen. In het bijzonder zijn gevoeligheidsanalyses gedaan op de prijsontwikkelingen van belangrijke kostcomponenten voor de verschillende typen vrachtwagens. Voor de e-trucks zijn drie grootste kostcomponenten uit de TCO gevarieerd, omdat deze de grootste impact hebben op de kosten. Voor de batterij elektrische truck zijn dit de componenten; i. Batterij; ii. Brandstof (elektriciteit); iii. Onderhoud Voor de brandstofcel elektrische vrachtwagen zijn dit de componenten; i. Brandstofcel; ii. Brandstof (waterstof); iii. Onderhoud. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 15
Voor de Diesel truck is alleen de brandstof gevarieerd, omdat voor de rest van de componenten wordt verondersteld dat deze niet onzeker zijn. Op basis hiervan kunnen diesel en elektrisch nauwkeurig en betrouwbaar met elkaar vergeleken worden, leidend tot inzicht in de business case voor elektrisch vervoer in verschillende varianten (inclusief benodigde laadinfrastructuur). Met deze aanpak is een representatieve weergave van de haven van Rotterdam met inzet van (deels) elektrische trucks door transporteurs geëvalueerd in diverse varianten. Hieruit volgt een concreet beeld voor transporteurs en overige stakeholders van welke ritten in welk jaar en met welk soort e- truck en laadinfrastructuur elektrisch kunnen worden gereden tegen welke kosten ten opzichte van diesel en welke CO2-reductie hiermee kan worden gerealiseerd. Stap 4. Conclusies en aanbevelingen Als laatste stap vindt een synthese plaats. Hierin worden de conclusies over de mogelijkheden en barrières voor elektrisch containervervoer vanuit de haven uiteengezet. Vervolgens wordt het handelingsperspectief voor Havenbedrijf Rotterdam geschetst om de transitie naar elektrisch containervervoer over de weg te versnellen. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 16
3. Huidige situatie containervervoer In dit hoofdstuk worden de karakteristieken van het huidige containervervoer over de weg en de eisen en wensen van transporteurs bij een overstap naar elektrisch vervoer gepresenteerd. In sectie 3.1 wordt de selectie van transporteurs toegelicht. Kenmerken van huidige containervervoer zijn uiteengezet in sectie 3.2. In sectie 3.3 worden de eisen en wensen van vervoerders beschreven. 3.1 Selectie van transporteurs Op basis van gesprekken met HbR zijn de 5 grote transporteurs in de regio geselecteerd. Deze zijn allen geïnterviewd om een goed beeld te krijgen bij hun logistieke dienstverlening en de eisen en wensen die ze aan hun transportmiddelen stellen. Bovendien is aan alle transporteurs gevraagd om ritdata beschikbaar te stellen. Alle transporteurs waren hiertoe bereid. Van een drietal transporteurs zijn geschikte data ontvangen, waardoor een goed beeld ontstond van de overeenkomsten en verschillen tussen transporteurs. Zo kon worden vastgesteld of transporteurs een operatie met voornamelijk (inter)nationale ritten hadden of een operatie met voornamelijk regionale focus (groot deel van de ritten kleiner dan 100 kilometer). In Figuur 7 zijn de vaakst aangedane locaties en clusters van klanten weergegeven. Hierin zijn de verschillen zichtbaar tussen transporteurs met (inter)nationale operatie en transporteurs met een voornamelijk regionale operatie7. Data van zowel regionale als (inter)nationale transporteurs zijn aangeleverd waarmee representativiteit geborgd is. 43.2% 92.9% 95.3% 2.3% 79.8% 15.0% 90.2% Antwerpen 1 2 3 Neuss Figuur 7. Clusters van grootste klanten per transporteur. Van links naar rechts toenemende nationale focus zichtbaar per vervoerder. 7 Namen van transporteurs zijn weggelaten om concurrentiegevoelige informatie te beschermen. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 17
3.2 Kenmerken huidig containervervoer De transporteurs zijn geselecteerd op basis van het kenmerk dat het overgrote deel van de door hen vervoerde containers hun origine hebben in de haven van Rotterdam. In deze sectie wordt het containervervoer van de transporteurs gespecificeerd door achtereenvolgens de volgende kenmerken uiteen te zetten: - Vervoerd gewicht; - Gereden afstanden; - Rustlocaties; - Kosten. 3.2.1 Vervoerd gewicht Het totale gewicht dat een vrachtwagen mag wegen in combinatie met lading is 5o ton8 (60 ton voor lang zware voertuigen, LZV’s) in Nederland. Dit totaalgewicht wordt het Gross Vehicle Weight (GVW) genoemd en bestaat uit het gewicht van de volgende onderdelen: i. Trekkende eenheid; ii. Chassis; iii. (Reefer) container; iv. Verpakkingsmateriaal; v. Lading. Voor de trekkende eenheid is een gewicht van 8.000 kilogram9 gebruikelijk. Het chassis weegt circa 5.000 kilogram10. Het overige gewicht wordt bepaald door de container, het verpakkingsmateriaal (inclusief pallets) en de lading. Gegeven het maximale toegestane gewicht van 50 ton, blijft circa 37 ton over voor het vervoeren van container inclusief verpakkingsmateriaal en container. Zodra de lading gelost is, wordt er vaak met een lege container teruggereden naar de Maasvlakte of een andere bestemming. Tussen een derde en de helft van de ritten van transporteurs worden om die reden gereden met een totaalgewicht van circa 18 ton. Een analyse op basis van technologische ontwikkeling en daadwerkelijke metingen in de Rotterdamse haven11 leert dat vrachtwagens vanuit de haven in 98% van de gevallen minder dan 48 ton wegen. Daarmee zou een ‘batterijmeergewicht’ van 2 ton vervoerd kunnen in Nederland, mits er met 2 achterassen gereden wordt, zonder de limiet van 50 ton te overschrijden. Voor gebruik in geheel Europa zal de regelgeving aangepast dienen te worden, vanwege het lagere toegestane GVW van 40 ton (zie Bijlage 1. Capaciteit voor batterij op basis van gewicht monitoring). Een ontheffing op het maximumgewicht op het kentekenbewijs zoals dit ook gebeurd is voor bestelauto’s ter compensatie van dit meergewicht geldt hiervoor als voorbeeld. 8 RDW (2012), Regeling voertuigen. 9 SWOV (2003). Het ledig gewicht van motorvoertuigen schetst de ontwikkeling in ledig gewicht voertuigen vanaf 1985. DAF- specificatieblad(2018) van nieuwe modellen komen uit op ongeveer 8000 kilogram voor de trekker. 10 Verscheidene bronnen; zoals H.W. van der Peet & Zn. 11 Weigh-In-Motion (WIM) rapportage (2010) en analyse Royal Haskoning (2015) op monitoringsdata. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 18
Case: importeur van groente en fruit Voor levensmiddelen geldt vrijwel altijd dat de lading altijd in zogenaamde reefer containers vervoerd wordt. Deze containers zijn door het klimaatsysteem en isolatie zwaarder dan reguliere containers. Het gewicht hiervan varieert tussen 4.5 en 5 ton12. Verpakkingsmateriaal en pallets voegen nog eens 2 tot 4 ton toe aan dit gewicht. Hieruit volgt dat het maximaal toegestane nettogewicht van het vervoerde product 28 tot 30 ton is. Figuur 8 geeft een beeld van de verschillende gewichten van een vrachtwagen met lading in een 40ft reefer container. Uit informatie van de importeur blijkt dat voor deze importeur de gewichten van de lading vaak in de buurt komen van dit maximaal toegestane gewicht. Van de ladingen weegt 47% meer dan 25 ton, wat impliceert dat het GVW in deze gevallen tussen de 45 en 50 ton zal zijn. Dit geeft aan dat voor deze importeur het maximaal toegestane gewicht vaak benut wordt. Gewicht (kg) Reefer Trekker 8.000 container 4.5-5 ton Chassis 5.000 Verpakking Lading vrachtwagen Container 5.000 4 ton 25 ton 8 ton Chassis 5 ton Verpakking (incl. pallets) 4.000 Netto product 25.000 GVW 47.000 Totaal: 47 ton Figuur 8. Voorbeeld van de verdeling van gewichten en GVW voor vrachtwagens. 3.2.2 Gereden afstanden Op jaarbasis rijden de vrachtwagens tussen de 70.000 en 120.000 kilometer blijkt uit interviews met de transporteurs en de data. Per type transporteur zit er relatief weinig variatie in de gereden jaarafstanden per vrachtwagen en in het algemeen kan gesteld worden dat een regionale transporteur jaarlijks minder kilometers maakt per vrachtwagen dan een nationale transporteur. De ritten die vrachtwagens rijden zijn vaak niet volledig voorspelbaar, wat inhoudt dat ze tot op de dag zelf aan verandering onderhevig zijn. Factoren hierin zijn verkeersdrukte, maar ook klantvragen die pas op het laatste moment komen. Gevolg hiervan is dat planning deels ad hoc gebeurt wat in praktijk leidt tot behoefte aan vrachtwagens die breed inzetbaar zijn, omdat ze soms minder dan 100 kilometer op een dag rijden en soms meer dan 1.000 kilometer. Op basis van de ritgegevens zijn de ritten gesimuleerd en zijn ritafstanden en gereden afstanden per dag geanalyseerd. In Figuur 9 zijn de afstanden per dag voor een transporteur met voornamelijk regionale ritten (kleiner dan 100 kilometer) en in Figuur 10 voor een transporteur met voornamelijk nationale ritten (100 tot 300 kilometer) weergegeven. 12 Informatie van Alconet en geïnterviewde importeur. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 19
Figuur 9. Gemiddelde dagafstanden voor een regionale transporteur. De verticale lijn geeft de gemiddelde dagafstand aan. Figuur 10. Gemiddelde dagafstanden voor een nationale transporteur. De verticale lijn geeft de gemiddelde dagafstand aan. Uit deze histogrammen blijkt dat het verschil in ritafstanden zich doorvertaalt naar verschillen in dagafstanden. Zo is de gemiddelde afstand per dag bij de regionale transporteur circa 310 kilometer, waar dit bij de nationale transporteur circa 590 kilometer is. Deze verschillen in afstanden per dag zijn te verklaren door het feit dat regionale vervoerders vaker stil staan om te laden en lossen, terwijl vrachtwagens van nationale vervoerders een groter deel van de dag rijden. In Figuur 11 zijn boxplots van de dagafstanden weergegeven. Hierin worden de vier kwartielen onderscheiden middels een horizontale lijn (met de binnenste 50% in de ‘box’) en geeft het kruisje de gemiddelde dagafstand weer. Op basis van deze figuren kan geconcludeerd worden dat voor een regionale transporteur een bereik van 600 kilometer afdoende zou zijn om vrijwel alle rittenschema’s op een dag met elektrische vrachtwagens gereden kan worden. Voor een nationale transporteur zou in dat geval circa de helft van de rittenschema’s met elektrische vrachtwagens gereden kunnen worden. Om vrijwel alle ritschema’s elektrisch te kunnen rijden is voor de nationale transporteur een tweemaal zo groot bereik, van 1200 kilometer, benodigd. Dit is een cruciaal verschil voor het benodigd materieel voor elektrificatie van vrachtwagens. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 20
Figuur 11. Boxplots van de dagafstanden voor een regionale transporteur (links) en een nationale transporteur (rechts). In dit overzicht zijn outliers weggelaten. 3.2.3 Rustlocaties Vanwege de competitieve aard van de transportsector, wordt een chauffeur idealiter maximaal ingezet gedurende de dag. Zo vindt tanken in principe aan het einde van de dag plaats, zodat er niet gedurende de dag voor hoeft worden gestopt. Er zijn drie soorten momenten waarop de vrachtwagens stilstaan, die hieronder nader worden toegelicht: i. Rustpauze; ii. Standplaats overnachting; iii. Laden en lossen. De rustpauze voor vrachtwagenchauffeurs ligt vast bij wet en bestaat uit 45 minuten totaal in een periode van 5 uur en een kwartier. Deze pauze mag onderverdeeld worden in pauzes van minimaal 15 en minimaal 30 minuten (in die volgorde)13 of aaneensluitend plaatsvinden na 4,5 uur rijden. In de praktijk wordt voor de onderbreking meestal niet afgeweken van de route en vindt deze plaats bij klanten met rustplaatsen. Indien dit niet goed uitkomt wordt vaak op praktisch gelegen rustplaatsen gepauzeerd, zoals de truck parking Maasvlakte Plaza. Over het algemeen rijden deze vrachtwagens doordeweeks tussen 05:00 en 19:00. Vrachtwagenchauffeurs werken normaliter shifts van 9 of 10 uur. Een groot deel van de vrachtwagens, alhoewel niet alle, staat ‘s nachts stil op het depot van de transporteur. In veel gevallen komt dit neer op 70-80% van de vloot. Uitzonderingen hierop zijn bijvoorbeeld vrachtwagens geparkeerd bij de chauffeur in verband met een verder afgelegen woonplaats of overnachting langs de route door lange ritten naar het buitenland. Een vrachtwagen wordt vaak door dezelfde chauffeur bestuurd en de tijd dat deze ’s nachts stilstaat is dus verbonden met de rusttijden van de chauffeurs. Aangezien deze minimaal negen uur moeten rusten (maximaal driemaal per week, overige dagen minimaal 11 uur), geldt hetzelfde voor de tijd die de vrachtwagen ’s nachts stilstaat. Aangezien in deze tijd ook de reistijd van en naar werk in verwerkt is, staat de vrachtwagen in werkelijkheid iets langer stil. 13 TLN, 2014. Arbeidstijdenbesluit voor vervoer. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 21
De tijd die laden en lossen van lading in beslag neemt varieert aanzienlijk, blijkt uit interviews met transporteurs en importeurs. Als enkel een container op- of afgeladen wordt bij een terminal of klant, neemt deze handeling tussen de 10 en 30 minuten in beslag. Bij terminals en een beperkt aantal afleverlocaties zijn hiervoor parkeervakken ingericht, ‘blokken’ genaamd. Dit is een parkeervak bij de terminal dat wordt aangewezen waarin de truck zich moet bevinden zodat de kraan de container kan op- en/of afladen. Indien de container wordt geleegd bij de klant, neemt de tijd van lossen sterk toe. Het openen en uitruimen van de container neemt gemiddeld zo’n twee uur tijd in beslag en kan variëren van één tot vier uur. Indien dit het geval is, komt het vaak voor dat de chauffeur tijdens deze tijd zijn pauze neemt. 3.2.4 Kosten De directe operationele kosten voor transport zijn van verschillende factoren afhankelijk. De kosten zijn onder te verdelen in vier categorieën: i. Brandstof ii. Chauffeur iii. Onderhoud iv. Afschrijving Brandstof Het verbruik van een diesel vrachtwagen staat ongeveer gelijk aan één liter diesel op drie kilometer14. Alle geïnterviewde vervoerders hebben prijsafspraken met leveranciers. Vaak hebben de transporteurs infrastructuur op eigen terrein waar diesel afgeleverd wordt door de leverancier en direct getankt kan worden. De prijs die deze vervoerders betalen is gerelateerd aan de door TLN gepresenteerde dieselprijs waar vervolgens een korting op gegeven wordt. De vervoerder is daarnaast jaarlijks circa € 5.000 kwijt aan AdBlue om de voertuigen schoner te laten rijden. Chauffeur Chauffeurs worden volgens de Nederlandse CAO Beroepsgoederenvervoer over de weg betaald. De vertaling van loonkosten naar kosten per kilometer zijn niet exact te maken. In interviews is ter indicatie is aangegeven dat de chauffeur verantwoordelijk is voor ongeveer de helft van de kosten per kilometer. De kosten voor de chauffeur zijn in mindere mate van belang voor dit onderzoek. Reden hiervoor is dat ook in het scenario van elektrificatie voorlopig van wordt uitgegaan dat een chauffeur de vrachtwagen zal besturen en deze kosten dus geen invloed hebben op de vergelijking van de varianten. Onderhoud De kosten voor onderhoud komen neer op ongeveer € 5.000 per jaar blijkt uit interviews met vervoerders. Gebruikelijk is dat de onderhoudskosten in de beginjaren lager zijn en toenemen in de tijd. Richting het einde van de levensduur van de vrachtwagen nemen de onderhoudskosten vervolgens sterk af, aangezien de kosten van een grote reparatie dan hoger liggen dan van vroegtijdig afscheid nemen. 14 Uit interviews met vervoerders. Terugrekenend vanuit opgegeven gereden kilometers en getankte brandstof ligt deze ratio tussen 3.16 en 3.26 kilometer per liter diesel. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 22
Afschrijving De huidige dieselvrachtwagens worden meestal afgeschreven na 1.000.000 kilometer naar circa 10% van de waarde. Dit komt ongeveer overeen met een periode van 8-12 jaar (afhankelijk van vervoerder en gebruik). Na deze periode worden de eenheden verkocht, meestal via export. 3.3 Eisen en wensen van vervoerders met betrekking tot e-trucks Uit interviews met de vervoerders en importeurs volgen inzichten in de eisen en wensen van vervoerders ten aanzien van hun operatie bij een overstap naar elektrisch vervoer. Over het algemeen geldt dat de transportsector een zeer competitieve sector is waarin sterk op prijs geconcurreerd wordt. Voor de klanten is prijs vaak het eerste beoordelingscriterium. Betrouwbaarheid is daarnaast ook belangrijk, aangezien een lege vrachtwagen veel minder kost dan een leeg distributiecentrum15. Tenslotte is comfort van de chauffeur een criterium waarop de vrachtwagens worden beoordeeld, gezien de vele tijd die een chauffeur hierin doorbrengt. Door de elektrificatie van vrachtwagens zal de energieketen van containervervoer veranderen. In Figuur 12 is deze nieuwe keten geschetst van elektriciteitsnet tot e-truck en lading. Zoals in de huidige keten zullen de verantwoordelijkheden en kosten voor de truck bij de vervoerder liggen. De importeur of verlader zal de kosten dragen voor de lading en het vervoer ervan. Netbeheerder Marktpartij Operator Middenspannings- Transformator Lader schakelaar Midden- Transformatorhuis Lader E-truck Lading spannings (publiek/privaat) net Figuur 12. Energieketen van elektriciteitsnet tot e-truck in containervervoer Een nieuwe rol zal ontstaan voor het aanbieden van laadinfrastructuur. Hierbij is van belang of de laadinfrastructuur publiekelijk toegankelijk zal zijn of privaat geplaatst zal worden op bijvoorbeeld het depot van een vervoerder. In het geval van publiekelijk toegankelijke laadinfrastructuur zal de verantwoordelijkheid voor realisatie en exploitatie liggen bij overheidsinstanties of publiek private samenwerkingen. Voor aanleg van private laadinfrastructuur geldt dat de transporteur alleen deze investering zal doen zodra dit financieel voordelig is. De transporteur zal in dit geval zelf afspraken maken met een marktpartij over de kosten voor realisatie en/of exploitatie. Zolang er een onrendabele top is ten aanzien van elektrificatie zullen transporteurs niet zelf deze investeringen dragen. 15 Dirk-Jan van Schaik, mede-eigenaar Millenaar van Schaik in Nieuwsblad Transport (3 december 2018) e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 23
Eisen voor elektrificatie vrachtwagens 1. Techniek moet voldoen aan operationele behoefte • Bereik afdoende om aan operatie inclusief onvoorspelbaarheden te kunnen voldoen; • Gewicht vrachtwagen biedt genoeg ruimte om gebruikelijke lading (25 ton) te kunnen vervoeren; • Geschiktheid van vrachtwagen om ook aan einde van levensduur nog breed inzetbaar te zijn; • De elektrische vrachtwagen moet even betrouwbaar zijn als de diesel variant. 2. Laad- en/of tanklocatie(s) toereikend • Laad- of tankinfrastructuur voorziet in de behoefte vanuit operationeel oogpunt qua zowel dekking als vermogen. • De laadinfrastructuur kan worden inpast op de gewenste laadlocaties en de benodigde netaansluiting kan tijdig worden gerealiseerd. 3. Financieel voordelig • In vergelijking met dieselvrachtwagens zullen de elektrische vrachtwagens goedkoper moeten zijn over de totale levensduur, inclusief doorberekening van kosten voor laad-/ tankinfrastructuur. Wensen voor elektrificatie vrachtwagens 1. Brede inzetbaarheid • Vanwege afwijkingen op de planning wordt flexibel inzetbaar materieel geprefereerd. Bij fluctuaties kan dan makkelijker ingespeeld worden op een veranderde planning. 2. Eenduidig beleid vanuit overheid • Zonder garantie dat investeringen in elektrische voertuigen terugverdiend kunnen worden, zal het een (te) risicovolle onderneming zijn voor transporteurs om de investering aan te gaan. Een voorbeeld van de gevoeligheid hiervan is de onduidelijkheid over de teruggaveregeling voor accijns op LNG. e-Trucks vanuit de Rotterdamse haven 24
Vous pouvez aussi lire