Tuan Andrew Nguyen Ho Chi Minh City - Your Wretched Desires

La page est créée Kévin Nicolas
 
CONTINUER À LIRE
Tuan Andrew
Nguyen Ho Chi Minh City
  My Ailing Beliefs Can Cure
  Your Wretched Desires
film
Maison des Arts
Presentation: Kunstenfestivaldesarts-Les Halles de
            Schaerbeek
                A film by: Tuan Andrew Nguyen | Cinematography:
            Huỳnh Ngô Vân Anh, Andrew Yuyi Truong | Art fabrication:
            Khim Đặng | Flycam & follow focus: Trung Lê | Production
            manager: Thọ Phan | Consultant: Nguyễn Thị Mai Hương |
            Voice of Rhino: Wowy Nguyễn | Voice of Turtle: Nguyễn
            Ngọc Nam Phương | Music: NVN | Sound design and color
            grading: Trần Mạnh Hoàng | Subtitles: Babel Subtitling
                Special thanks to: Yến Võ; Cat Tien National Park, Save
            Vietnam’s Wildlife, Vietnam Forest Museum, Vietnam National
            Museum of Nature, Museum of Biology (Hanoi University of
            Science), and all the volunteers, interns and workers who
            helped realise the creation of Empty Forest

    04.09
    19:30               Maison des Arts

    07.09
    22:00               Maison des Arts

    08.09
    22:00               Maison des Arts

3
NL “Ons Engelse woord ‘human’ is afgeleid van het Latijnse
       humando, wat ‘begraven’ betekent. Dat is waar de woorden
      ‘humility’ (nederigheid) en ‘humanity’ (mensheid) vandaan
       komen. We zijn verdwijnende organismen. We zijn verdwij-
       nende wezens op weg naar de dood, de uitsterving. We zijn
       vederloze, tweebenige, taalbewuste wezens die geboren
       worden temidden van urine en uitwerpselen. Dat zijn wij”.
    		    Cornel West

       Wij mensen hebben iets gemeen met alle levende wezens op
       de planeet: we zullen sterven. De ironie van onze gemeen-
       schappelijke sterfelijkheid is dat de mens het meeste leven
       op aarde in gevaar brengt in de vergeefse poging om zijn
       eigen levenstijd te verlengen. In het essay Why Look at
      Animals herinnert John Berger ons eraan dat onze psycholo-
       gische scheiding van de mens en het dierenrijk een proces
       was dat in de negentiende eeuw begon, “[en] dat vandaag
       wordt voltooid door het 20ste eeuwse bedrijfskapitalisme,
       waardoor elke traditie die voorheen de relatie tussen mens
       en natuur stuurde werd verbroken. Vóór deze breuk vorm-
       den dieren de eerste cirkel die de mens omringde.” Onze
       taal zit vol met sporen die wijzen op het succes van dit
       proces; als we mensen ontmenselijken, “behandelen we
       ze als dieren.” We hebben de neiging om mensen te zoö-
       morferen om hen grotere kracht of schoonheid toe te
       kennen; zo wordt een dapper en vastberaden persoon als
      ‘leeuw-hartig’ omschreven, terwijl de plastische chirurgie om
       iemands neus te verbeteren ‘rhinoplastie’ wordt genoemd,
       en mensen dierenprints of huiden dragen en tonen om
       rijkdom en status uit te stralen. Tuan Andrew Nguyens
       twee-kanaals film (en zijn pulserende, hypnotische sound-
       track) My Ailing Beliefs Can Cure Your Wretched Desires
       (2017) creëert spanning door het anthropomorfiseren van
       geesten van uitgestorven dieren in Vietnam die de zoömorfe
       neigingen van de mens en het samenspel tussen ritueel,
       hebzucht en bijgeloof, alsook de voortdurende geschiedenis
       van kolonisatie en revolutie aan de kaak stellen. Het commu-
       nisme verbood religie en revolutie, maar al deze elementen
       vonden een manier om zich in te bedden in, en te verwe-
       ven met, de Vietnamese cultuur als een ander archetype,
       gevoed door een ander verboden concept, het kapitalisme.
    		 Het kapitalisme geeft ons de mogelijkheid om ver
       voorbij onze natuurlijke houdbaarheidsdatum te leven;
       met voldoende rijkdom kunnen we de dood terugdringen,
4      kunnen we tijd opsparen, maar tegen welke prijs voor
de toekomstige generaties? “Mensen doen de dingen
      die ze doen uit angst om te sterven,” verklaart de spook-
      achtige geest van de onlangs uitgestorven Yngtze-reuzen-
      weekschildpad Cụ Rùa in de film. Achterhaalde opvattingen
      in de Chinese geneeskunde (bezoedeld door de opkomst
      van het kapitalisme in Zuidoost-Azië, waar een exponentiële
      stijging van rijkdom gepaard ging met een exponentieel
      verlies van contextuele wijsheid) en verachtelijke verlangens
      naar dierlijke krachten zoals viriliteit, hebben bijgedragen
      aan een grotere vraag naar lichaamsdelen van exotische/
      bedreigde dieren, zoals schubdierschubben en neushoorn-
      hoorns. Lang voordat onze soort begon te vrezen voor haar
      eigen massale besmetting met de Covid-19-pandemie, was
      ecocide al een realiteit voor vele dieren in Vietnam, dat de
      hoogste uitsterftecijfers ter wereld heeft.
    		     De film speelt zich af in Vietnam en voert ons als onzicht-
      bare toeschouwers mee naar een Socratisch debat tussen de
      geest van de laatste weekschildpad en de geest van de laatste
      Javaanse neushoorn (die in 2010 in de jungles van Vietnam
      door stropen tot uitsterven werd gebracht), die debatteren of
      het beter is dat dieren zich verbergen en een meer verlichte
      houding in de mensheid pogen te bewerk-stelligen, door hen
      te herinneren aan hun verbondenheid met de dierenwereld,
      of dat dieren een ware oorlog tegen de menselijke soort
      moeten voeren en hen op de knieën moeten dwingen. De
      film plaatst ons in een wazige tussen-ruimte (de dierentuin
      als tussenruimte tussen het wilde en het beschaafde, het
      museum als tussenruimte tussen het verleden en het heden,
      het hier en het ver verwijderde), dezelfde soort tussenruimte
      die de neushoorngeest bewoont terwijl hij door de wereld
      spookt, niet in staat om te reïncarneren omdat zijn lichaam
      in een museumkast wordt tentoongesteld en dus niet kan
      worden begraven of terug ter aarde kan worden besteld.
      Er ligt potentieel in deze ruimte tussen een vorig leven, de
      huidige dood en het volgende leven; het is een ruimte tussen
      een staat van verandering, een productieve ruimte waarin
      bewegingen kunnen rijpen, niet heel verschillend van de
      ruimte waarin we ons nu bevinden met de opkomst van
      de Black Lives Matter- en andere bewegingen over de hele
      wereld. De neushoorn citeert revolutionairen zoals Ho Chi
      Minh, Emiliano Zapata en Fidel Castro, dewelke revoluties
      rechtstreeks in de tijd plaatst via de leuze “revolutie is de
      strijd tussen de toekomst en het verleden”.
    		 Een van de mogelijke revolutionaire daden van de
5     rondtrekkende neushoorngeest om mensen te helpen hun
onderdrukking door niet-menselijk leven te overwinnen, is
     “te reïncarneren als een virus dat elke gram dierlijke hoorn
      die wordt afgesneden, besmet.” De zombie-neushoorn en
      het virus hebben veel gemeen; geen van beide leeft en beide
      dolen rond in een ruimte tussen leven en dood. Virussen
      moeten in een levend lichaam binnendringen om te kunnen
      overleven en zich voort te planten; voor de neushoorn is de
      mens ook een ziekteverwekker die dieren binnendringt en
      vlees, botten en arbeid uit hun lichaam haalt in een proces
      dat vergelijkbaar is met het Chinese en Franse kolonialisme
      van Vietnam. De schildpadgeest stelt dat als het idee van
      reïncarnatie aan de mens zou worden voorgesteld, hij zou
      inzien dat hij opnieuw ter wereld zou kunnen komen in een
      dierlijke vorm, waardoor hij gedwongen zou worden om de
      wereld vanuit een niet-menselijk perspectief te beschouwen.
      Ze verwijst naar het verhaal van de karmische ontwikkeling
      van de Boeddha, die onder meer verhaalt hoe een mens zijn
      eigen vlees opofferde om uitgehongerde tijgers te voeden.
      Een andere manier van denken zou mogelijk kunnen zijn,
      waarbij dieren en mensen weer samengebracht worden
      in harmonische co-existentie. Zoals in elk Socratisch debat
      verlaat men de film vol vragen en een honger naar antwoor-
      den. In deze tijd waarin de dood ons omringt, blijven we
      achter met diepe existentiële vragen als “wie ga je zijn in het
      licht van het verleden – het lijk; het heden – jij; de toekomst
     – degenen die na jou komen?” (Cornel West).

    		   Diana Campbell Betancourt, augustus 2020

6
BIO

    In zijn werk verkent Tuan Andrew Nguyen (Saigon, 1976)
    strategieën van politiek verzet die zich situeren in het
    tegengeheugen en post-geheugen. Het extraheren en her-
    werken van verhalen via geschiedenis en bovennatuurlijke
    verschijnselen is een essentieel onderdeel van Nguyens
    video- en beeldhouwwerken waarin feit en fictie door elkaar
    lopen. Nguyen werd bekroond met verschillende prijzen
    binnen zowel het circuit van film als beeldende kunst, waar-
    onder een Art Matters-beurs in 2010 en de award voor beste
    speelfilm voor The Island op het VietFilmFest in 2018. Zijn
    werk was te zien op verschillende internationale tentoon-
    stellingen, zoals Asia Pacific Triennial (2006), de Whitney
    Biennial (2017) en de Sharjah Biennial (2019). In 2006 richtte
    Nguyen The Propeller Group op, een platform dat het midden
    houdt tussen een kunstcollectief en een reclamebureau. De
    groep kreeg onder meer de hoofdprijs van de Internatio-
    nale Kurzfilmtage Winterthur voor de film The Living Need
    Light, The Dead need Music en een Creative Capital Award
    voor het videoproject Television Commercial for Communism.
    Naast een grote reizende retrospective die van start ging
    in het Museum of Contemporary Art in Chicago, nam het
    collectief deel aan verschillende internationale expo’s, waar-
    onder The Ungovernables (New Museum Triennial, 2012), de
    LA Biennial (2012), Prospect3 (New Orleans Triennial, 2014),
    en de Biënnale van Venetië (2015).

7
FR « Notre mot anglais human vient du latin humando, qui signifie
      “enterrer”. C’est de lui que dérivent les termes “humilité” et
      “humanité”. Nous sommes des organismes en voie de dis-
       parition. Nous sommes des créatures en voie de disparition,
       en voie de mort, d’extinction. Nous sommes des créatures
       sans plumes, à deux pattes, linguistiquement conscientes,
       nées entre l’urine et les excréments. C’est nous. »
    		     Cornel West

     Nous, les humains, partageons un point commun avec tous
     les êtres vivants de la planète : nous allons mourir. L’ironie
     de notre condition mortelle commune est que, dans une
     tentative futile de prolonger leur propre temps conscient sur
     terre, les humains mettent en danger la plupart des vies qui
     la peuplent. Dans l’essai Why Look at Animals, John Berger
     nous rappelle que la césure psychologique entre l’huma-
     nité et le règne animal est un processus initié au XIXe siècle
     et « aujourd’hui complété par le capitalisme d’entreprise
     né au XXe siècle, par lequel toutes les traditions qui ont
     servi d’agent médiateur entre l’homme et la nature ont été
     brisées. Avant cette rupture, les animaux constituaient le
     premier cercle de ce qui entourait les humains ». Notre lan-
     gage est empreint des traces du succès de ce processus ;
     lorsque nous déshumanisons les humains, « nous les trai-
     tons comme des animaux ». Nous avons tendance à zoo-
     morphiser les humains pour accroître leur puissance et leur
     beauté ; une personne courageuse et déterminée pourrait
     être décrite comme ayant « un cœur de lion », tandis que
     la chirurgie plastique visant à améliorer l’esthétique du nez
     est appelée « rhinoplastie », et les gens portent et exposent
     des textiles à imprimé animal ou des peaux d’animaux pour
     projeter leur richesse et leur statut. Le film de Tuan Andrew
     Nguyen (et sa bande-son hypnotique et puissante) My Ailing
     Beliefs Can Cure Your Wretched Desires (2017) crée une
     tension en anthropomorphisant les esprits d’animaux dis-
     parus au Vietnam. Il aborde les tendances zoomorphiques
     des humains et l’interaction entre le rituel, la cupidité et la
     superstition, et l’histoire toujours en cours de la colonisation
     et de la révolution. Le communisme a interdit la religion et la
     révolution, mais tous ces éléments ont trouvé un moyen de
     s’enraciner et de s’entrelacer dans la culture vietnamienne
     par le truchement d’un autre avatar alimenté par un autre
     concept interdit, le capitalisme.
    		   Le capitalisme nous donne la possibilité de vivre bien
8    au-delà de nos dates d’expiration naturelles ; avec suffi-
samment de richesse, nous pouvons repousser la mort et
     accumuler du temps, mais à quel prix pour les générations
     futures ? « Les humains font les choses qu’ils font par peur
     de mourir », déclare l’esprit fantomatique de la tortue géante
     à carapace molle Hoàn Kiếm récemment éteinte, Cụ Rùa
     dans le film. Les systèmes de croyance défaillants de la
     médecine chinoise (entachés par la montée du capitalisme
     en Asie du Sud-Est, où une augmentation exponentielle de
     la richesse s’est accompagnée d’une perte exponentielle de
     la sagesse contextuelle) et les misérables désirs de pouvoirs
     jalousant ceux des animaux, comme la virilité, ont contri-
     bué à accroître la demande de parties d’animaux exotiques
     ou en voie de disparition, comme les écailles de pangolin
     et les cornes de rhinocéros. Bien avant que notre espèce
     ne commence à craindre une contamination massive due
     à la pandémie de Covid-19, l’écocide était une réalité pour
     les animaux au Vietnam, pays qui se vante d’avoir le taux
     d’extinction le plus élevé de la planète.
    		     Le film, qui se déroule au Vietnam, nous entraîne dans
     un débat socratique entre l’esprit de la dernière tortue à
     carapace molle et l’esprit du dernier rhinocéros de Java
     (braconné dans la jungle vietnamienne en 2010). Ils se
     demandent s’il est préférable que les animaux se cachent
     et influencent une attitude plus éclairée de l’humanité, en
     lui rappelant ses liens avec le monde animal, ou que les ani-
     maux mènent une guerre totale contre l’espèce humaine et
     la mettent à genoux. Le film nous situe dans un entre-deux
     flou (le zoo comme entre-deux entre le sauvage et le civilisé,
     le musée comme entre-deux entre le passé et le présent, l’ici
     et le lointain), le même genre d’entre-deux que le rhinocé-
     ros habite en hantant le monde, incapable de se réincarner
     puisque son corps est exposé dans une vitrine de musée,
     donc incapable d’être enterré/rendu à la terre. Cet espace
     intermédiaire entre une vie passée, la mort actuelle et la
     prochaine vie recèle un potentiel ; c’est un espace intermé-
     diaire entre un état de changement, un espace productif où
     les mouvements peuvent maturer, qui n’est pas différent de
     celui dans lequel nous nous trouvons actuellement avec la
     montée de Black Lives Matter et d’autres mouvements par-
     tout sur le globe. Le rhinocéros cite des révolutionnaires tels
     que Ho Chi Minh, Emiliano Zapata et Fidel Castro, qui pla-
     cent directement les révolutions dans le temps avec l’adage
     « la révolution est la lutte entre le futur et le passé ».
    		     L’un des actes révolutionnaires potentiels de l’esprit
9    errant du rhinocéros pour renverser les humains et leur
oppression de la vie non humaine est de « se réincarner
      en un virus infectant chaque gramme de corne animale
      coupée ». Le rhinocéros zombie et le virus ont déjà beaucoup
      en commun ; aucun des deux n’est vivant et tous deux errent
      dans un espace entre la vie et la mort. Les virus doivent
      envahir un corps vivant pour survivre et se reproduire. Pour
      le rhinocéros, l’homme est également un agent pathogène
      qui envahit les animaux, en extrayant la viande, les os et le
      travail de leur corps, selon un processus similaire à celui du
      colonialisme chinois et français au Vietnam. L’esprit de la
      tortue part du postulat que si l’idée de réincarnation était
      introduite chez les humains, ceux-ci pourraient considérer
      qu’ils pourraient revenir au monde sous une forme animale,
      ce qui les obligerait à voir le monde d’un point de vue non
      humain. Elle invoque l’histoire du développement karmique
      du Bouddha, qui était lié au fait qu’un humain sacrifiait sa
      propre chair pour nourrir des tigres affamés. Un autre état
      d’esprit pourrait être possible, réunissant les animaux et les
      humains dans une coexistence harmonieuse. Comme dans
      tout débat socratique, on quitte le film plein de questions
      et en quête de réponses. En cette époque où la mort nous
      entoure, il nous laisse avec de profondes questions existen-
      tielles du type « qui allez-vous être à la lumière du passé – le
      cadavre ; le présent – vous ; le futur – ceux qui viendront
      après vous ? » (Cornel West)

     		   Diana Campbell Betancourt, août 2020

10
BIO

     La pratique de Tuan Andrew Nguyen (né en 1976 à Saigon, au
     Vietnam) explore les stratégies de résistance politique mises
     en œuvre à travers la contre-mémoire et la post-mémoire.
     Extraire et retravailler des récits via l’histoire et les surnatu-
     ralismes constituent une part essentielle des œuvres vidéo
     et des sculptures de Nguyen, où les faits et la fiction sont
     tous deux tenus pour signifiants. Nguyen a reçu plusieurs
     prix dans les domaines du cinéma et des arts visuels, dont
     une bourse Art Matters en 2010 et le prix du meilleur long
     métrage au VietFilmFest en 2018 pour son film The Island.
     Son travail a été inclus dans plusieurs expositions internatio-
     nales, notamment la Triennale Asie-Pacifique 2006, la Bien-
     nale 2017 du Whitney Museum et la Biennale de Sharjah
     2019. Nguyen a fondé The Propeller Group en 2006, une
     plateforme collective qui se situe entre un collectif d’art et
     une boîte de publicité. Le groupe a notamment reçu le grand
     prix des Internationales Kurzfilmtage Winterthur 2015 pour
     le film The Living Need Light, The Dead Need Music et un
     prix Creative Capital pour son projet vidéo Television Com-
     mercial for Communism. Outre une importante rétrospective
     itinérante qui a débuté au MCA de Chicago, le collectif a
     participé à des expositions internationales, notamment The
     Ungovernables (New Museum Triennial, 2012), 2012 LA Bien-
     nial, Prospect3 (New Orleans Triennial, 2014) et la Biennale
     de Venise 2015.

11
EN“Our English word ‘human’ derives from the Latin humando,
       which means ‘burying.’ That’s where ‘humility’ and ‘human-
       ity’ – the words themselves – come from. We are vanishing
       organisms. We are disappearing creatures on the way to
       death, extinction. We’re featherless, two-legged, linguisti-
       cally conscious creatures born between urine and feces.
       That’s us.”
     		     Cornel West

       We humans share something squarely in common with
       all living things on the planet: we will die. The irony of
       our shared condition of mortality is that humans endan-
       ger most life on earth in the futile attempt to prolong
       their own conscious time on it. In the essay Why Look
       at Animals, John Berger reminds us that our psychologi-
       cal separation of humanity from the animal kingdom was
       a process that began in the nineteenth century, “today
       being completed by 20th century corporate capitalism,
       by which every tradition which has previously mediated
       between man and nature was broken. Before this rupture,
       animals constituted the first circle of what surrounded
       humans.” Our language is full of traces of the success
       of this process; when we dehumanize people, “we treat
       them like animals.” We tend to zoomorphize humans to
       give heightened senses of power and beauty; a brave and
       determined person could be described as ‘lion-hearted,’
       while the plastic surgery to enhance the aesthetics of one’s
       nose is called ‘rhinoplasty,’ and people wear and display
       animal prints or skins to project wealth and status. Tuan
       Andrew Nguyen’s two-channel film (and its pulsing, hyp-
       notic soundtrack) My Ailing Beliefs Can Cure Your Wretched
       Desires (2017) creates tension by anthropomorphizing
       the spirits of extinct animals in Vietnam that address the
       zoomorphic tendencies of humans and the interplay be-
       tween ritual, greed and superstition, and the ongoing his-
       tory of colonization and revolution. Communism banned
       religion and revolution, but all of these elements found
       a way to embed themselves and intertwine together in
       Vietnamese culture in another avatar, fueled by another
       banned concept, capitalism.
     		 Capitalism gives us the possibility to live far past our
       natural dates of expiration; with enough wealth, we can
       push back death, we can hoard time, but at what cost to
       future generations? “Humans do the things they do for fear
12     of dying,” declares the ghostly spirit of the recently extinct
giant soft-shelled Hoàn Kiếm turtle Cụ Rùa in the film. Ailing
       belief systems found in Chinese medicine (tainted by the rise
       of capitalism in Southeast Asia where an exponential rise in
       wealth has been paired with an exponential loss of contex-
       tual wisdom) and wretched desires for animal-like powers
       such as virility have contributed to increased demand for
       parts of exotic/endangered animals, such as pangolin scales
       and rhinoceros horns. Long before our species began to fear
       its own mass-irradiation from the Covid-19 pandemic, eco-
       cide has been a reality for animals in Vietnam, which boasts
       the highest rates of extinction on the planet.
     		      Set in Vietnam, the film draws us in as an invisible audi-
       ence to a Socratic debate between the spirit of the last soft-
       shelled turtle and the spirit of the last Javan rhino (poached
       into extinction in the jungles of Vietnam in 2010), who argue
       whether it was better for animals to hide and influence a
       more enlightened attitude in humanity, reminding them of
       their connection to the animal world, or for animals to rage
       a full-on war against the human species and draw them to
       their knees. The film positions us in a hazy in-between space
       (the zoo as an in-between place between the wild and the
       civilized, the museum as the in-between space between the
       past and the present, the here and the far-away), the same
       kind of in-between space that the rhino spirit inhabits as he
       haunts the world, unable to reincarnate since his body is
       on display within a museum case, thus unable to be buried/
       returned back to the earth. There is potential in this in-be-
       tween space between a past life, current death, and the next
       life; it is a space in-between a state of change, a productive
       space where movements can marinate, not dissimilar to the
       space we are in now with the rise of BLM and other move-
       ments around the globe. The rhino quotes revolutionaries
       such as Ho Chi Minh, Emiliano Zapata, and Fidel Castro, who
       directly positions revolutions in time with the adage “revolu-
       tion is the struggle between the future and the past.”
     		 One of the wandering rhino spirit’s potential revolu-
       tionary acts to overthrow humans and their oppression of
       non-human life is to “reincarnate as a virus infecting every
       gram of animal horn being cut.” The zombie rhino and a
       virus already have a lot in common; neither of them is alive
       and both roam in a space between life and death. Viruses
       need to invade a living body in order to survive and repro-
       duce; to the rhino, humans are also a pathogen invading
       animals, extracting meat, bones, and labor from their bodies
13     in a process similar to the Chinese and French colonialism
of Vietnam. The turtle spirit posits that if the idea of rein-
      carnation were introduced to humans, they could consider
      that they could re-enter the world in an animal form, forcing
      them to see the world from a non-human perspective. She
      invokes the story of the karmic development of the Buddha,
      which was connected to a human sacrificing his own flesh
      to feed starving tigers. Another mind set could be possible,
      bringing animals and humans back together in harmonic
      co-existence. As in any Socratic debate, one leaves the film
      full of questions and a quest to seek answers. In this time
      where death surrounds us, we are left with deep existential
      questions of “who are you gonna be in light of the past – the
      corpse; the present – you; the future – those who come after
      you?” (Cornel West)

     		   Diana Campbell Betancourt, August 2020

14
BIO

     The practice of Tuan Andrew Nguyen (Born 1976, Sai Gon,
     Viet Nam) explores strategies of political resistance enacted
     through counter-memory and post-memory. Extracting and
     re-working narratives via history and supernaturalisms is
     an essential part of Nguyen’s video works and sculptures
     where fact and fiction are both held accountable. Nguyen
     has received several awards in both film and visual arts,
     including an Art Matters grant in 2010 and best feature film
     at VietFilmFest in 2018 for his film The Island. His work has
     been included in several international exhibitions including
     the Asia Pacific Triennial 2006, the Whitney Biennial 2017,
     and the Sharjah Biennial 2019. Nguyen founded The Propel-
     ler Group in 2006, a platform for collectivity that situates
     itself between an art collective and an advertising com-
     pany. Accolades for the group include the grand prize at
     the 2015 Internationale Kurzfilmtage Winterthur for the film
     The Living Need Light, The Dead Need Music and a Creative
     Capital award for their video project Television Commercial
     for Communism. Besides a major travelling retrospective that
     began at the MCA Chicago, the collective has participated in
     international exhibitions including The Ungovernables (New
     Museum Triennial, 2012), 2012 LA Biennial, Prospect3 (New
     Orleans Triennial, 2014), and the Venice Biennale 2015.

15
TALK
                          Emanuele Coccia, Malcom Ferdinand

                   08.09, 17:00
                   With: Emanuele Coccia, Malcom Ferdinand
                   Moderator: Ruth Paluku-Atoka
                   French
                   Free entrance upon reservation

       For the final day of Every Inside Has an Outside, the festival
        invites two theorists for two lectures on the relationship
        between ecology and the present, and an open dialogue
       with the public. Starting from his recent books (La Vie des
       Plantes and Métamorphoses), Emanuele Coccia presents a
        lecture conceived for the festival, positing how all species
       – humans, animals, plants, bacteria, viruses and minerals –
        are united by metamorphosis as a phenomenon which al-
        lows the same life to subsist in disparate bodies. Malcom
       Ferdinand will build up his presentation on his book Une éco-
        logie décoloniale – Penser l’écologie depuis le monde caribéen,
       which debunks environmentalism’s claim of universality
       and unveils its colonial, patriarchal and slavery foundations
       which are covered up by modernity, hereby recentering the
        rightful links between social justice and ecological issues.
     		 This is the first dialogue between the two thinkers,
       conceived in resonance with one of the festival’s projects,
       Tuan Andrew Nguyen’s short film My Ailing Beliefs Can
       Cure Your Wretched Desires, which explores the dynamics
        between humans and nature’s other living organisms, and
       colonization.

16
Ook te zien op het Kunstenfestivaldesarts / À voir aussi au
     Kunstenfestivaldesarts / Also at the Kunstenfestivaldesarts

     06.09
     16:00	Gwendoline Robin
            Place Lehonplein

     07 + 08.09
     20:00	Phia Ménard / Compagnie
            Non Nova, Contes Immoraux –
            Partie 1 : Maison Mère
            Maison des Arts

     08.09
     17:00	Emanuele Coccia,
            Malcom Ferdinand / Talk
            Maison des Arts

17
COVID – 19
                 MAATREGELEN / PREVENTION

     NL   Bedankt om
          • uw mondmasker te dragen (zowel
          buiten als binnen in de zaal),
          • uw handen regelmatig te ontsmetten,
          • de instructies van ons team te volgen
          om de kamer te verlaten,
          • de veilige afstand te houden.

     FR   Merci de
          • porter votre masque (autant à l’extérieur
          que dans les salles de spectacle),
          • vous laver les mains régulièrement,
          • suivre les instructions de notre équipe
          pour prendre place et sortir de la salle,
          • respecter la distance de sécurité.

     EN   Thanks to
          • wear your mask, both outside
          and inside the room,
          • wash your hands regulary,
          • follow the instructions of our team
          to take place and leave the room,
          • respect the safety distance.

19
EVERY INSIDE HAS AN OUTSIDE
                          04 — 08.09.2020

Maison des Arts
Haachtsesteenweg 147 chaussée de Haecht
1030 Brussel | Bruxelles | Brussels

                                Tickets

Online
The online sale of tickets will end 30 minutes before the show.
www.kfda.be

By phone or by e-mail
Tuesday — Friday, 12:00 — 18:00
+32 2 226 45 93
tickets@kfda.be
www.kfda.be / tickets

kfda.be
facebook         @kunstenfestivaldesarts
twitter		        @KFDABrussels
instagram        @kunstenfestivaldesarts
newsletter       kfda.be/newsletter
Vous pouvez aussi lire